Update 19 nov 2025

Belastingplan 2026: de nieuwe koers voor de RVU-regeling

De tijdelijke drempelvrijstelling voor de Regeling Vervroegde Uittreding (RVU) leek dit jaar ten einde te komen. Deze drempelvrijstelling gaf werkgevers van 2021 tot en met 2025 de mogelijkheid om, onder voorwaarden, werknemers tot drie jaar vóór de AOW-leeftijd vervroegd te laten uittreden zonder het risico op de RVU-heffing van 52%. Op Prinsjesdag is bekendgemaakt dat de drempelvrijstelling ook na 2025 blijft bestaan, zij het met nieuwe spelregels.

Wat is een RVU ook al weer?

Van een RVU is sprake als de (vertrek)regeling (nagenoeg) uitsluitend als doel heeft om vóór de ingangsdatum van de AOW of het pensioen te voorzien in een uitkering om de periode tot aan de AOW of het pensioen te overbruggen óf om de AOW of het pensioen aan te vullen. Dit betreft dus leeftijd gerelateerd ontslag. Als er sprake is van een andere ontslaggrond, bijvoorbeeld een boventalligheidssituatie, dan is er geen sprake van RVU en is de werkgever ook geen RVU-heffing verschuldigd. Wanneer de Belastingdienst een regeling aanmerkt als RVU, geldt een RVU-heffing. Dit houdt in dat de werkgever over de uitkering van de vertrekregeling een heffing betaalt van 52%.

 

De drempelvrijstelling blijft! Hoe zien de nieuwe spelregels er straks uit?

Vanaf 1 januari 2026 wordt de drempelvrijstelling van de RVU-regeling waarschijnlijk structureel voortgezet, met enkele belangrijke wijzigingen:

  • Het vrijstellingsbedrag van € 2.273,- bruto per maand kan in sommige gevallen stijgen, vooralsnog met maximaal € 300,- per maand.
  • De RVU-heffing van 52% zal stapsgewijs  gaan stijgen naar (uiteindelijk) 65% in 2028.
  • De bedoeling is dat werknemers met een zwaar beroep in de toekomst gebruik kunnen maken van de RVU-regeling. Op dit moment is nog niet helemaal helder wat precies een ‘zwaar beroep’ is. Het ziet er naar uit dat cao-partijen hierin een belangrijke rol gaan spelen, voor zover er een cao van toepassing is.

Let op: de structurele voortzetting van de RVU is onderdeel van het Belastingplan 2026 en moet nog door de Tweede en Eerste Kamer worden goedgekeurd. Vooralsnog is dit dus nog niet in beton gegoten en zullen wij de actualiteiten in de gaten houden.

Waarom is dit relevant voor jou als werkgever of HR-professional?

De nieuwe RVU-koers biedt mogelijkheden om toch bepaalde werknemers uit te laten stromen met een vertrekregeling die onder de vrijstelling valt. Handig om te weten hoe dit zit, dus! Wij zetten de belangrijkste weetjes voor nu op een rij.

Cao’s spelen een belangrijke rol

Het ziet er allereerst naar uit dat cao-partijen een belangrijke rol hebben bij de nieuwe spelregels van de RVU-regeling. In verschillende sectoren zijn de RVU-afspraken al opgenomen in cao’s. Controleer deze altijd, voordat je een vertrekregeling afspreekt. Is er geen cao van toepassing? Op dit moment is nog niet 100% helder wat de spelregels zijn voor de RVU-drempelvrijstelling bij ondernemingen waar geen cao van toepassing is.

Arbeidsvoorwaarden en kosten

Een RVU-regeling blijft een arbeidsvoorwaarde. Bij vaststelling, wijziging of intrekking van deze regeling is instemming van de ondernemingsraad in beginsel verplicht. Ben je hier bewust van.

Gerichte toepassing vereist

Vanaf 2026 is de regeling meer gericht op werknemers die zwaar werk verrichten. Dat vraagt een onderbouwde doelgroepomschrijving, gekoppeld aan functiebelasting. Er is nog geen duidelijk handvat vanuit de overheid wat precies onder ‘zwaar werk’ valt. Hier gaan de cao-partijen een belangrijke rol in spelen. Even afwachten dus.

Communicatie en draagvlak

Werknemers die nu bijna AOW-gerechtigd zijn, willen duidelijkheid. HR speelt een sleutelrol in de communicatie over mogelijke regelingen en de financiële gevolgen. Zorg dat je tijdig inzicht hebt in de functies en leeftijdsopbouw binnen je organisatie, weet wie waarvoor mogelijk in aanmerking komt, en zorg dat je de regeling zorgvuldig afstemt op wetgeving én cao-afspraken (voor zover er een cao van toepassing is).

Meer weten?

De RVU blijft een waardevol instrument om werknemers gezond en op een nette manier richting hun pensioen te begeleiden. De tijdelijke vrijstelling maakt de regeling iets toegankelijker, maar door de hoge heffing van 52% blijft het belangrijk om goed af te wegen voor wie en wanneer dit instrument wordt ingezet.

Wil je meer weten over de mogelijkheden of alternatieven voor vervroegde uittreding van jouw werknemers? Wij helpen je graag verder! Neem gerust contact op voor meer informatie.

Let op: de structurele voortzetting van de RVU-vrijstelling maakt nog onderdeel uit van het Belastingplan 2026. Dit voorstel moet nog door de Tweede en Eerste Kamer worden behandeld. De uiteindelijke wetgeving en ingangsdatum kunnen dus nog wijzigen.

Iris Krah

Meer lezen