Laatste update 21/04/2022

De Ondernemingskamer

bij interne conflicten die de onderneming in gevaar brengen (enquêteprocedure)

Verschillende problemen, verschillende procedures 
Overleg, uitwisseling van argumenten, pressie of een kop koffie zijn gewoonlijk de eerste manieren om eruit te komen. Maar soms heb je een breekijzer nodig om een oplossing te forceren. Voor verschillende problemen zijn verschillende juridische procedures beschikbaar. In dit artikel behandelen we de procedure voor de Ondernemingskamer. Dan weet je wanneer je die zou kunnen inzetten. En wat je kun verwachten. 

  • Voor welke situaties is deze procedure bedoeld? 
  • Hoe verloopt deze procedure? 
  • Wat kost deze procedure? 
  • Wie gaat dat betalen? 
  • Kan ik een uitspraak van de Ondernemingskamer aanvechten? 
  • Gelijk hebben, gelijk krijgen en gelijk halen met VDT 

Voor welke situaties is deze procedure bedoeld? 
Een procedure bij de Ondernemingskamer (ook wel: enquêteprocedure) heeft als doel het oplossen van conflictsituaties of impasses binnen een bedrijf. Speelt er bijvoorbeeld een conflict tussen aandeelhouders, waardoor geen besluiten meer worden genomen en het bedrijf schade lijdt? Dan biedt een enquêteprocedure vaak uitkomst.

En dan zijn we gelijk bij de kern van de procedure bij de Ondernemingskamer: het belang van het bedrijf (en niet dat van de aandeelhouders) staat centraal. Het is aan de Ondernemingskamer om te beoordelen of er binnen het bedrijf “gegronde redenen zijn om aan een juist beleid te twijfelen”. Is dat volgens de Ondernemingskamer het geval zal zij besluiten dat er een onderzoek moet worden ingesteld. En om dat uit te voeren, wijst de Ondernemingskamer een onderzoeker aan die de enquête (het onderzoek) zal verrichten naar het beleid en de gang van zaken binnen het bedrijf.

Degenen die de Ondernemingskamer kunnen vragen een onderzoek te openen zijn:

  • één of meer aandeelhouders, zolang zij minimaal 10% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen of minimaal €225.000 aan nominaal aandelenkapitaal bezitten (voor vennootschappen met een geplaatst kapitaal van meer dan €22,5 miljoen of beursvennootschappen gelden andere vereisten);
  • de vennootschap zelf (feitelijk het bestuur of de raad van commissarissen);
  • een betrokken vakorganisatie.

Voorbeelden van situaties die zich lenen voor een procedure bij de Ondernemingskamer:

  • Jij hebt samen met een partner een bedrijf. Jullie houden allebei 50% van de aandelen en zijn samen bestuurder. Maar jullie kunnen niet meer met elkaar door één deur. In het bestuur en de algemene vergadering kunnen hierdoor geen besluiten meer worden genomen. De vennootschap lijdt schade. Een procedure bij de Ondernemingskamer kan deze impasse doorbreken.
  • Jij bent bestuurder van een bedrijf. Een meerderheidsaandeelhouder denkt alleen aan zichzelf. Deze aandeelhouder geeft jou instructies, die jij als bestuurder in principe moet opvolgen. Maar als je dat doet lijdt de vennootschap grote schade. Je kunt de Ondernemingskamer verzoeken een onderzoek te starten naar het beleid en de gang van zaken binnen de vennootschap. Misschien geeft een voorlopige voorziening op korte termijn zelfs al wat lucht.
  • Er zijn bezwaren tegen het besluitvormingsproces binnen het bestuur of de aandeelhoudersvergadering.
  • Er is sprake van een belangenverstrengeling tussen bestuurders, aandeelhouders of commissarissen.

Waar deze procedure niet voor bedoeld is, is om puur onenigheid tussen de aandeelhouders op te lossen, bijvoorbeeld over de bonus van een bestuurder, of de algemene strategische koers van het bedrijf. Daar wordt deze procedure soms wel voor ingezet; dreiging hiermee heeft vaak wel de nodige impact op het conflict. Mocht de Ondernemingskamer menen dat zij wordt puur wordt ingeschakeld als instrument voor ruziënde aandeelhouders, dan wordt de procedure afgewezen.

Hoe verloopt deze procedure?

1. Verzoekschrift

Je start de procedure door een verzoekschrift naar de Ondernemingskamer te sturen. Daarin vraag je de Ondernemingskamer om een onderzoek te starten naar het beleid en de gang van zaken binnen het bedrijf. Je kunt de Ondernemingskamer ook direct vragen om een voorlopige voorziening te treffen.

2. Verweerschrift

Daarna stelt de Ondernemingskamer de vennootschap waartegen het verzoek is gericht en belanghebbenden (zoals bestuurders of aandeelhouders) in de gelegenheid om schriftelijk in een verweerschrift te reageren op het verzoek.

3. De zitting

Vervolgens vindt er een zitting plaats. Tijdens deze zitting kunnen partijen hun standpunten mondeling verder toelichten.

4. Beschikking

De Ondernemingskamer doet schriftelijk uitspraak of er een onderzoek moet komen. Als er geen bijzondere spoed is, is de termijn 4 weken.

5. Onderzoek

Als de Ondernemingskamer vindt dat een onderzoek nodig is, dan wordt er een onderzoeker benoemd. Die maakt een verslag van zijn bevindingen en stuurt dat naar de Ondernemingskamer. Wie die onderzoeker is en wat haar/zijn deskundigheid is, hangt af van de aard van het probleem. Deze onderzoeker krijgt volledige toegang tot de administratie en iedereen moet meewerken.

6. Vaststellen wanbeleid

Als degene die om het onderzoek verzocht heeft, vindt dat uit het onderzoek blijkt dat sprake is van wanbeleid, kun je de Ondernemingskamer binnen 2 maanden nadat het verslag naar de Ondernemingskamer is gestuurd verzoeken om vast te stellen dat uit het verslag inderdaad blijkt van wanbeleid. De Ondernemingskamer gaat dus niet uit eigen beweging met het verslag aan de gang, hier is een nieuw verzoek voor nodig.

7. Definitieve voorzieningen

Als de Ondernemingskamer inderdaad vindt dat er sprake is van wanbeleid, kan de Ondernemingskamer definitieve voorzieningen treffen. Denk aan vernietiging van een besluit, ontslag van een bestuurder of zelfs ontbinding van de vennootschap.

8. Voorlopige voorzieningen

In afwachting van de uitkomst van het onderzoek naar wanbeleid, kan de Ondernemingskamer bijvoorbeeld een bestuurder schorsen die zich misdraagt of het stemrecht van een dwarsliggende aandeelhouder opschorten. Op deze manier is het mogelijk om snel een einde te maken aan een conflictsituatie, vaak in ieder geval zolang de procedure bij de Ondernemingskamer loopt.

Wat kost deze procedure?
De kosten van deze procedure vallen uiteen in verschillende onderdelen:

  1. Dat is als het ware het entreegeld dat je bij de Ondernemingskamer moet betalen om de procedure te mogen starten. Per 1 januari 2021 is het griffierecht € 772 voor rechtspersonen en € 338 voor natuurlijke personen. Op de website van de rechtspraak kun je dit nalezen.
  2. De onderzoekskosten. De Ondernemingskamer benoemt een onderzoeker. De kosten hiervan variëren, afhankelijk van hoe ingewikkeld de zaak is. Hoe uitgebreider en ingewikkelder het onderzoek, hoe hoger de kosten. Over het algemeen is dit een erg kostbare zaak, omdat de deskundige vanwege zijn/haar specialiteit een hoog tarief vraagt en je weinig invloed hebt op de tijd die deze deskundige nodig meent te hebben voor het onderzoek.
  3. De advocaatkosten. Dit zijn de kosten die je jouw advocaat betaalt om de zaak te behandelen. Denk aan de kosten voor het opstellen van de processtukken, het uitdenken van juridische vraagstukken, het verzamelen van bewijs, het voeren van correspondentie met de Ondernemingskamer en de wederpartij over het verloop van de procedure, kosten van het voeren van onderhandelingen, het bijwonen van de zitting, het overleggen met de onderzoeker en het beoordelen van diens verslag.

Wie gaat dat betalen? 
De BV draagt de kosten van het onderzoek. Als meteen duidelijk is dat de BV de kosten niet kan dragen, dan moet de verzoeker zelf zekerheid stellen voor deze kosten. Bijvoorbeeld door een bedrag op een derdengeldrekening te storten of door een bankgarantie. Afhankelijk van de uitkomst van het onderzoek (is er sprake van wanbeleid en wie is daarvoor verantwoordelijk) kunnen kosten later op de verzoeker of op het bestuur worden verhaald.  

Wat betreft de griffierechten komen de volledige kosten voor vergoeding in aanmerking. Wat betreft de advocaatkosten, wordt een staffelbedrag genomen. Daarbij wordt niet gekeken naar de werkelijke kosten. Het volgens de staffel toe te wijzen bedrag is altijd lager dan de werkelijke kosten. 

Kan ik een uitspraak van de Ondernemingskamer aanvechten? 
De Ondernemingskamer is onderdeel van het gerechtshof Amsterdam. Omdat je al bij het gerechtshof zit, kun je dus niet in hoger beroep. Je kunt wel cassatieberoep bij de Hoge Raad instellen tegen een uitspraak van de Ondernemingskamer.  

Gelijk hebben, gelijk krijgen en gelijk halen met VDT 
Zoals gezegd. Soms heb je een breekijzer nodig om een oplossing te forceren. De messen worden dan geslepen, want de spelregels van procedures zijn bikkelhard.  

Zowel ons Team Bedrijfsstructuur, als ons Team Bedrijfsprocessen als ons Team Mens & Arbeid heeft gespecialiseerde procestijgers in de gelederen. Want procederen is echt een aparte tak van sport. Weet dat zij klaar staan om in te grijpen, mocht het nodig zijn. 

Zie ook:

Dit artikel maakt onderdeel uit van:

Procedures &
Ondernemingskamer

Team
Bedrijfsprocessen

Meet the experts

Nog niet uitgelezen? Misschien is dit ook interessant